INHOUD: 1. Ik was nog jong 2. Er is een orkestje 3. Mijn vriendje

 

3. LIEDJE: MIJN VRIENDJE KOMT UIT SENEGAL (tekst en muziek van Wim Schelling)

TEKST: Mijn vriendje komt uit Senegal, hij speelt op een djembe. En komt hij ’s woensdags naar me toe dan neemt hij hem soms mee. De buren zijn dan niet zo blij. Er klinkt een dof geluid.

Van Koe ka ka dong ka Tie ka ka dong. Het is mijn vriendje op zijn trom. Koe ka ka dong ka Tie ka ka dong. Koe ka ka dong ka dong Ka……….dong!

Groep Zeegoen zingt en speelt Mijn vriendje

ZANG EN TOONOVERNAME:  Zing het lied een paar keer voor. Stel vragen over de tekst. Hoe klinkt het ritme van de trom? Klap en zing het voor. Oefen tot de groep het redelijk kan. 

Zing het lied nog eens en laat de groep het ritme stukje zingen (of klappen) .

Toonovername: Zing dit ritmisch stukje tekst (koe ka ka dong…)op de begintoon (op 1toon) als oefening. En start hierna het lied.

RITME: a. Bij koekakadong enz. spelen 2 kinderen op een trom/djembe dit ritme. Daarna weer allemaal zingen. Solo trom/djembe. Het laatste woord Ka…dong met zijn allen zingen. Je kunt het ritme koekakadong eerst met alle kinderen oefenen. Dan zie je ook wie het al goed kan of nog moet oefenen.

b. De groep klapt het ritme “koekakadong ka Tie ka ka dong” i.p.v. zingen.

2.LIEDJE: ER IS EEN ORKESTJE (bron mij onbekend)

TEKST: Er is een orkestje van 7 man/Zij maken muziek/zij kunnen er wat van/Iedereen speelt op zijn instrument en samen klinkt dat zo;

RITME: Rikketikketiktik Boem boem boem 2x/Ratsj ratsj ratsj ratsj tingelingeling/Rikketikketik tik boem boem boem

Groep Groen zingt en speelt het lied Er is een orkestje

INSTRUMENTEN: Dit is een leuk lied om met een grote groep op instrumenten te spelen. Wanneer je het lied voor het eerst gezongen hebt vraag je aan de kinderen waar het lied over gaat. Welke instrumenten komen er in voor? Zing het lied nog eens. De instrumenten liggen al klaar. Zien ze de juiste instrumenten?

RITME:Rikketikketiktik: HOUTEN TIK instr., stokjes Boem boem boem: TROMMELS Ratsj, ratsj, ratsj, ratsj: RASPEN Tingelingeling: TRIANGELS

SAMENSPEL: Wat doen de tikinstrumenten? Oefen het ritme rikketikketik eerst met de hele groep. Kies dan een paar kinderen uit die een tikinstrument mogen pakken. De groep zingt het lied en stopt bij het tikritme. De kinderen met de instrumenten spelen nu het ritme. De groep zingt verder. 

LUISTEREN: Hetzelfde doe je bij de volgende ritmes en instrumenten. Let op het gelijk spelen. 

Zo bouw je voorzichtig het orkestje op. Uiteindelijk wordt de eerste helft van het lied gezongen en de tweede helft op instrumenten gespeeld. 

1. LIEDJE: IK WAS NOG JONG

TEKST: Ik was nog jong en ik zat op school. Toen kocht mijn vader een viool. So la ti do re mi fa. Ik speelde diedeldie da-a. So la ti do re mi fa. Ik speelde diedeldie da.

Naast mijn zus ze speelde cello, zat ons trouwe hondje Bello. So la ti do re mi fa. Ik speelde diedeldie da-a So la ti do re mi fa . Ik speelde diedeldie da.

Toen ik al wat groter was ging ik spelen op de bas Pom pom pom pom pom pom pom Ik speelde diedeldie do-m Pompom pompom pompom pom. Ik speelde diedeldie dom.

Groep Zeegroen zingt en speelt het lied Ik was nog jong

DE XYLOFOON of piano: Wanneer de kinderen het lied kennen kan So la ti do re mi fa gespeeld worden op de xylofoon of de piano. Begin met zingen op de F (ik ..) dan speelt de xylofoon: C D E F G A Bes. (= so la ti do re mi fa) Doe het eerst voor. Wie kan het?

Of maak er een GEHOOROEFENING van: Horen de kinderen sprongen of kleine stapjes? Laat maar zien met je handen en zing mee. Daarna een kind die op de xylofoon speelt. Begintoon aangeven. 

 

Disclaimer; Ik heb mijn best gedaan alle rechthebbenden te bereiken en/of te noemen in de bronnen. De inhoud is nadrukkelijk niet commercieel bedoeld. Mocht ik iets ten onrechte op de site gezet hebben of over het hoofd hebben gezien neem dan contact met me op. Zie reactieformulier hieronder. (wordt niet gepubliceerd)