INHOUD: 1.Er liggen bolletjes 2. Tjiep tjiep tjiep 3. Lammetje 4. Een koetje en een kalfje

4.EEN KOETJE EN EEN KALFJE (Herman Broekhuizen)

 

Een koetje en een kalfje liepen in de wei/Toen kwam er een heel dik varkentje voorbij/Dat zei..dat zei.. geef dat kalfje maar aan mij/ Nee zei de koe boe boe boe 2x

We beginnen het lied te zingen. De kinderen luisteren naar het verhaal. Begrijpen ze het? Stel een paar vragen en zing het nog eens.

Dan kunnen de kinderen de koe spelen die zingt: Nee zei de koe boe boe boe 2x

De leidster speelt het varkentje en zingt: Geef dat kalfje maar aan mij

Tot slot de rolverdeling. De grote groep zingt het verhaal. De leidster is het varkentje en een paar kinderen de koe.

 

3.LAMMETJE  (Herman Broekhuizen)

 

Lammetje lammetje lammetje/ Kom toch eens over mijn dammetje/ Lammetje lief lammetje klein/ Wil je wel mijn vriendje zijn.

De kinderen pakken een knuffel en wiegen het heen en weer terwijl ze het liedje zingen.

2.TJIEP TJIEP TJIEP  (Annie Langelaar)

 

Tjiep tjiep tjiep , tjiep tjiep tjiep/’tVogeltje zingt zijn mooiste lied/ Boven in de bomen is zijn nestje uitgekomen/ Tjiep tjiep tjiep tjiep tjiep tjiep/’t Vogeltje zingt zijn mooiste lied.

Een mooi lied om kinderen hun eigen lied te laten zingen. Om de beurt laat een kind kort zijn lied horen (met tjiep of koekoek of tu tu tu)

Twee “vogels” praten met elkaar. Om de beurt.

1.ER LIGGEN BOLLETJES (Herman Broekhuizen)

 

Er liggen bolletjes in de grond te slapen, te slapen/ Er liggen bolletjes in de grond, overal in ’t rond/ Wakker worden wakker worden alle vogeltjes zingen/ Alle vogeltjes fluiten :zet de bloemetjes buiten

Kinderen beelden uit wat gezongen wordt. Ze rollen zich op als bolletjes en “ontwaken ” langzaam als mooie bloemetjes. Een paar kinderen zijn de vogeltjes die de bolletjes wakker fluiten. (op fluiten of zingend)

* Nog meer Lenteliedjes? Zie Kleuters