INHOUD: 1.Schaatsmuziek 2. Frosty de sneeuwpop 3. WIntersport 4. Ziek 5. Pinquindans/Carnaval
5.PINQUINDANS
Grappige Carnavals dans
4. ZIEK
TEKST 1. Ik ben ziek mijn hoofd doet pijn. Ik moet naar de dokter wat zou er toch zijn. Ik ben ziek mijn buik doet pijn . Ik moet naar de dokter wat zou er toch zijn.
Dokter kijk eens even. Waarom heb ik zo’n pijn? Nee het is niet leuk om ziek te zijn.
2.Ik ben ziek mijn keel doet pijn. Ik moet naar de dokter wat zou er toch zijn. Ik ben ziek mijn oor doet pijn . Ik moet naar de dokter wat zou er toch zijn.
Dokter stop eens even. Wat bent u nu van plan? Een prik in mijn billen. Daar hou ik echt niet van.
REFREIN: Au mijn buik. Au mijn hoofd. Au mijn keel. Au au au au au …
3. Au mijn arm doet zo’n pijn. Ik moet naar de dokter wat zou er toch zijn Au mijn been doet zo’n pijn. Ik moet naar de dokter wat zou er toch zijn.
Dokter ho es even. Ik wil geen verband. En liever ook geen drankje , daar hou ik ook niet van.
REFREIN: Au mijn buik. Au mijn hoofd. Au mijn keel. Au au au au au …
4. Ik ben ziek mijn keel doet pijn. Ik moet naar de dokter wat zou er toch zijn. Ik ben ziek mijn oor doet pijn . Ik moet naar de dokter wat zou er toch zijn.
Dokter stop eens even. Wat bent u nu van plan? Een prik in mijn billen. Daar hou ik echt niet van.
Dokter luister even. Geen prik of pillen meer. Doet u maar een pleister dan huil ik echt niet meer.
LESTIPS: GESPREKJE: Begin met een gesprekje over ziek zijn als er kinderen ziek zijn of ziek geweest zijn. Zing de eerste 2 coupletten voor en stel hier vragen over aan de kinderen.
UITBEELDEN EN LUISTEREN: Laat ze uitbeelden (!) wat je zingt. Hoofdpijn. buikpijn, keelpijn oorpijn. Herhalen.
ZANG SPEL: De leerkracht is de “dokter” en zingt op 2 tonen: Wat is er aan de hand terwijl ze een knuffel (b.v.) doorgeeft . Wie de knuffel vast heeft zingt wat er aan mankeert en zingt daarna weer: Wat is er aan de hand? en geeft de knuffel aan het buurkind. enz.
Zo gaat het de kring rond en iedereen zingt eventjes kort alleen. De leerkracht hoort wie er al goed kan of durft te zingen.
AANLEREN: Begin met het 1e couplet: Leer de kinderen het 2e deel aan van het couplet (vanaf Dokter luister even) Jij zingt het eerst deel. Herhalen.
ZINGEN: Vraag wie al met jou mee kan zingen bij het eerste stukje. Dan zijn er nu 2 groepen die zingen. Klinkt het al goed? Kun je de rollen omwisselen. Gaat dit goed dan kent iedereen het hele eerste couplet.
SOLO Laat de kinderen voor de afwisseling met het filmpje het eerste couplet meezingen. Herhaal. En vraag wie het al helemaal alleen kan zonder hulp van film of juf/meester.
Je kunt zo ook het 2e couplet aanleren in dezelfde les of een andere keer. Voor kleuters is 2 coupletten wel voldoende. Meer kan ook, maar dat hangt er vanaf of het aanslaat bij de groep.
EXTRA: TONEELTJE Je kunt het lied ook laten spelen door kinderen. Dan zing jij wat er aan de hand is. De kinderen beelden uit. Er zijn zieken en dokters.
Andere mogelijkheid: voordat je het lied gaat zingen is er een klein toneelstukje waarin 2 of 3 kinderen spelen dat ze naar de dokter gaan. Ze maken hun eigen tekst, maar wel passend bij het lied. (groep 1 heeft misschien nog hulp nodig) Na het toneeltje zingt iedereen het lied. 2 coupletten of meer.
INSTRUMENTEN: Pak veel muziekinstrumenten. Leg in de kring. Noem de namen van de instrumenten. Laat een kind een instrument pakken en erop spelen. Het gaat nu om de klank. Hoe klinkt het ? Kort of lang, zacht of hard, rammelend?
GEVOEL Op welk instrument kun je verdrietige muziek spelen, voor het kind dat ziek is. Of angstige muziek, of spannende muziek.
IMPROVISATIE Wie kan muziek maken of een liedje zelf verzinnen voor een ziek kind waar het weer van opvrolijkt?
3.WINTERSPORT
Partituur van wintersport-ob
TEKST: Sporten in de winter ja daar gaan we. Schaatsen op de baan zij aan zij.Wie kan sneller jij of ik. Wie kan sneller jij of ik? (* i.p.v. sneller kan ook mooier gezongen worden)
Door je knieen op je skiën. Van boven naar benee alletwee. Lang-zaam weer om-hoog. Snel weer naar benee alletwee.
SPREEKTEKST: Zijn we koud en moe…krijgen we elk… chocolademelk.
TIPS: Tijdens het voorzingen kunnen de kinderen in de schaatshouding gaan staan en op hun plaats links en recht bewegen in de maat.
Bij het tweede couplet gaan we door de knieen alsof we skieen. Langzaam weer omhoog, ook langzamer zingen en de laatste regel wat sneller.
AANLEREN: Je hebt het lied al een paar keer gezongen. Leer de regels een voor een aan.
Oefenen om de spreektekst gelijk uit te spreken. Ook leuk is om een kind solo te laten spreken op zijn eigen manier. (of een paar kinderen na elkaar) Langzaam, snel, ritmisch enz.
Na afloop van het liedje kun je de muziek van nr. 1 van deze pagina gebruiken. De schaatsmuziek om met de hele groep (of om de beurt de helft van de groep) te bewegen.
2.FROSTY de sneeuwpop Tekst en muziek (oorspronkelijk in het Engels) Walter Rollins en Steve Nelson
1.SCHAATSMUZIEK Afwisselend hard schaatsen (Klaar voor de start…voorover, handen op de rug, links/rechts..) en schaatsdansen (met sprongen,draaien achteruit enz.) Gehooroefening voor de kinderen: horen ze snel muziek of dansmuziek?
afb.nettaloy
Bronnen; Fragment uit de Notenkraker van P.I. Tchaikovski /Trepak en Bloemenwals/Andre Previn /Angel rec.EMI/1990
Disclaimer; Ik heb mijn best gedaan alle rechthebbenden te bereiken en/of te noemen in de bronnen. Mocht ik iets ten onrechte op de site gezet hebben of over het hoofd hebben gezien neem dan contact met me op. Zie het reactieformulier hieronder. (wordt niet gepubliceerd)